05 februari 2007

OCEAANVREUGDE

Er is een mooi boek uit: HET GROTE JUICHEN, De geschiedenis van het triomfvertoon in het voetbal. Geschreven door Henk-Jan Grotenhuis en Tim Duyff.
Het toont prachtig, met veel mooie foto's, een schitterende lay-out, en volgens mij is het boek erg goed geschreven (al ben ik nog niet zo ver).

Al meteen kwam ik een prachtig begrip tegen. Het gaat in het eerste hoofdstuk over hoe voetballers zich voelen na het scoren. De vergelijking met een orgasme ligt voor de hand, velen maken die ook, maar Marco van Basten noemde het eens: 'oceaanvreugde'.

Oceaanvreugde is blijkbaar een begrip uit de psychologie. Ik vind het een geweldig woord. De rijkdom van de taal biedt zich in alle breedte aan, want 'oceaanvreugde' vat alles amen. Niemand zal bij dit woord zeggen: Wat bedoelen ze ik snap het niet kunt u het in langere zinnen uitleggen.

Wanneer hebben wij niet-voetballers dat gevoel eigenlijk?
Het is dus iets groters als een geluksmoment door bijvoorbeeld de natuur, of door het zien van je kinderen. Oceaanvreugde heeft iets explosiefs, iets dat opeens over je heen spoelt en dat te breed en te groot is voor je wild om zich heen grijpend bevattingsvermogen.
Ja, de vraag is gerechtvaardigd: wanneer scoren wij eigenlijk?