16 november 2006

DONDERDAG IN AUBAGNE: LE GITAN NEERLANDAIS

Nog nooit, lieve allemaal, heb ik me zo goed begeleid gevoeld. Dank voor al jullie uitgeleides!
Ben dus inmiddels prima gearriveerd, heb een copieus diner en een copieuze lunch tot me moeten nemen (met dezelfde gerechten!) maar ook al drie lezingen gehad. Fijn. De eerste klas kende mijn boeken nog niet echt, maar had wel leuke vragen voorbereid. De kinderen waren 7 en 8 en geïnteresseerd en beleefd en een beetje stil.
De tweede groep (7-jarigen) was zoals een groep hoort te zijn: vrolijk en enthousiast.
Maar de derde groep kwam regelrecht uit het paradijs. De zeer geweldige juf had haar 5- en 6-jarige kinderen al van alles voorgelezen: ANNA MARIA SOFIA EN DE KLEINE COR, DOM KONIJN en vooral ROOD ROOD ROODKAPJE. Boeken die ikzelf zelden gebruik voor deze leeftijd, omdat ze me te moeilijk of te cru lijken. Niks van aan. De kinderen waren wild van vooral ROOD ROOD ROODKAPJE. 'Ahhhh,' riepen ze, 'dat TSCHAKKK op het einde was zoooooooo grappig!' (Voor wie het niet weet: het boek eindigt met Roodkapje die met een bijl zowel de wolf alsook de grootmoeder-in-de-wolf blijkt te hebben onthoofd. Tschakkk.)
Het was een model-multicultureel groepje met springveer- en schitteroog-jongens en meisjes. Ik begon met te vertellen dat ik niet uit Frankrijk kwam en dus mijn boeken niet in het Frans schreef. In welke taal dan wel? De klas begon te raden. Grieks? Italiaans? Algerijns? Bulgaars? (Eerlijk waar, die talen werden genoemd). Eén jongetje, het levendigste, sprong op en riep: Le Gitan? Het 'Zigeuners'? Hij hoopte het van harte, omdat hij, zei hij, zelf een Gitan was.
Ik moest hem teleurstellen, ik schrijf mijn boeken niet in het Zigeuners.
Het maakte hem allemaal niks uit. Aan het eind van de les wilde hij 'merci beaucoup' in het Nederlands leren zeggen. Nadat hij daarna 'dank je wel' had uitgesproken, begon hij zeer breed te smilen. 'Maintenant,' sprak hij diep tevreden, 'je suis un Gitan Néerlandais.'