06 januari 2007

Versierde pleintjes (door Bibi)

Gisteren de jeugd, vandaag de ouderdom. Ik hou van oude mensen, net zoals ik van kinderen hou. Alles daartussenin, mwah!
Laatst drong er een bejaard echtpaar voor. Zonder blikken of blozen. Ik zei tegen de jongen achter de toonbank: 'Die bejaarden van tegenwoordig!' Het grappige was dat ze even beledigd opzij keken en daarna gewoon doorgingen hun bestelling te plaatsen. Nou, dat zie ik zelfs de gemiddelde hangjongere nog niet doen.
Bejaarden mogen met hun rollator tegen mijn hielen rijden, ze mogen het fietspad blokkeren met hun oude mazda, voorpiepen, drie keer hetzelfde zeggen, mopperen. Ik vind het niet erg. Maar over dat soort ouderen wil ik het hier eigenlijk niet hebben. Ik wil het over oude mensen hebben die zinnige dingen vertellen.
Zo lees ik graag Vroman. Zijn dagboek vond ik adembenemend. En gisteren las ik gedichten die de Poolse nobelprijswinnaar Czeslaw Milosz schreef voor zijn dood op 93-jarige leeftijd. De wijsheid die daaruit spreekt is overstelpend. En het is niet eens een hogere wijsheid, dat is het mooie. Het is een dageljkse wijsheid. Het gaat over dingen die we allemaal kunnen voelen, maar we weten niet precies hoe we het moeten zeggen. En als we weten hoe we het moeten zeggen klinkt het vaak onnozel.
Uit de mond van een wijze oude vrouw of man klinkt niets onnozel. Wat ze zeggen drink ik op. Klokklok, weg. En vul het glas maar bij. Hun verleden is een landschap, hun toekomst een pleintje om de hoek. En je kunt als bejaarde twee dingen doen. Je pleintje versieren, of je pleintje verkopen. Wie zijn pleintje verkoopt is A, F, af. Maar wie zijn pleintje versiert, heeft een groot recht van spreken.
Nu kom ik op mijn volgende punt. Waarom draait zoveel om jonggroenprilligjong? Ik pleit voor oudgrijsrimpeligoud. En als je dat lange woord snel uitspreekt dan eindigt het niet op 'oud' maar op 'goud.'
Nu zit ik vanavond met de Turkse pizza en mijn liefje op de bank voor het televisieprogramma X-factor. En wel om Dorine te zien zingen. Niet dat ze de mooiste stem heeft, maar omdat ze zo pleintjesversierd oud is. Niet echt oud. 67 pas. Maar ze valt wel op, dat moet gezegd. Mijn hart sprong vorige week op toen in de zaal tijdens haar zingen een bordje omhoog ging met daarop: Hup oma.
Ik wilde op haar stemmen. Maar deed het niet, lafaard die ik ben, omdat ik niet deze week groot in beeld, ten overstaan van de hele natie, mijn naam wil zien verschijnen: BDT is de winnaar van de JVC-toren met uniek draadloos lcd-scherm dat vergezeld gaat van vijfweg dolby surround boxen inclusief uniek geluidshinderscherm. Mijn hemel, dat nooit.
Maar Dorine dus, die temidden van knipogende jongens en plastic meisjes gewoon zichzelf blijft. Haar schouders ophaalt, zingt en weet dat ze niks te verliezen heeft. Alleen te winnen. En zelfs als ze niet wint is haar pleintje allang gepimpt. Blingbling gemaakt. Klaar voor het echte feest.
Nou ja, als ik geen kinderboeken meer wil schrijven begin ik een nieuw genre: bejaardenboekenschrijver. Dat heeft de toekomst. Wedden?
Dat was het weer. Tot morgen.