23 december 2006

TEGEN-ELKAAR-OPLOOPJES

Het is bijna Kerst en dus doet iedereen snelle boodschappen. Zo ook hier in Rotterdam. Maar de sfeer was goed.
Hoe ik dat kan weten?
Dat kan ik weten omdat ik een prachtig sfeer-meetinstrument heb ontwikkeld. De sociale temperatuur van een stad of een dorp kun je volgens mij namelijk meten aan de aard van de tegen-elkaar-oploopjes.

Tegen-elkaar-oploopjes, nooit van gehoord?
Je loopt op een plek waar veel mensen zijn en iemand die jou tegemoet komt dreigt recht tegen je aan te lopen. Een van jullie moet uitwijken naar links, of naar rechts, en beide doen dat niet, of verkeerd, zodat jullie alsnog tegen elkaar oplopen. Zachtjes. Misschien zitten er nog wel drie schijnbewegingen tussen, maar zo'n vriendelijke botsing heet dus een tegen-elkaar-oploopje.

Als de sfeer in een stad slecht is, gehaast, geïrriteerd, dan verlopen die tegen-elkaar-oploopjes brommerig. Misschien wordt er zelf bij gescholden.
Als de sfeer goed is, dan lacht men terwijl men botst, men maakt verontschuldigende gebaren en vervolgt zijn weg.

In mijn geval, vandaag, werd ik zelfs op de schouders geklopt door een aardige oudere Marokkaanse meneer, en even later werd ik (ja, ik had vanochtend twéé oplopen!), na het clashje, hartelijk omhelsd. Ik omhelsde mee.

Voilà. Ik ben de Maurice de Hond van de sociale temperatuur. En ik voorspel Rotterdam een ruimhartige kerst.